Bericht aan de bevolking (22): Aan wie na ons komen

Laurent Gaudé
02.06.2020
Auteurstekst
Shuto Araki 0 Nlp0Vq Sg By Unsplash

‘Social distancing’ is wat Corona-experts adviseren, ‘social nearness’ is wat we met onze literaire ontmoetingen beogen. Passa Porta wil het contact met lezers en schrijvers niet verliezen en vraagt een selectie auteurs uit binnen-en buitenland om een persoonlijk ‘Bericht aan de bevolking’ vanuit hun schrijfkamer. Onderstaand bericht werd geschreven n.a.v. de radiouitzending 'Dans quel monde on vit' van zaterdag 30 mei op La Première (RTBF).

Laurent Gaudé is een veelvuldig bekroonde Franse schrijver (denk maar aan de Prix Goncourt voor zijn roman Le soleil des Scorta in 2004). Ook neemt hij het peterschap waar over de Nuit des écrivains die sinds 2017 jaarlijks in Brussel wordt georganiseerd.

_

Zonder precedent. Dat gevoel is bij ons blijven hangen. Een enorme golf, die als een tsunami van Oost naar West over de wereld raast. Een oprukkend noodlot, waarop je je kunt voorbereiden, maar waaraan je niet kunt ontsnappen. Maar wat precies is zonder precedent? Een epidemie van deze omvang? Nee. De mensheid heeft veel dodelijker pandemieën gekend… En toch blijven we de indruk hebben dat er geen precedenten zijn. Misschien omdat niemand van ons op persoonlijk vlak ooit zoiets had meegemaakt. Of misschien omdat een epidemie voor het eerst op een dergelijke wereldwijde en precieze schaal werd beleefd. Dag aan dag worden de doden geteld. Epidemie 2.0. De hele wereld zet een mondkapje op, wast zijn handen, leert dezelfde woorden in alle talen: ‘lockdown’, ‘sociale afstand’, ‘tweede golf’… Van China tot Brazilië, van New York tot Brussel beleefden we de onbekende ervaring van een tot stilstand gekomen aarde. Onze steden liepen leeg, werden stil. Ja: algemene shutdown. Iemand snijdt de stroom af en de mens wordt opnieuw een broos, nietig wezen.

Maar is het een historische gebeurtenis? Om dat met zekerheid te achterhalen, moeten we eerst zien of het een eenmalig feit is. Als het daarentegen het begin betekent van een lange reeks pandemieën, zal de huidige epidemie misschien in de vergeetput belanden. Wie zal het zeggen? Ik moet denken aan Bertolt Brecht en het prachtige ballingsgedicht dat hij in 1939 schreef: ‘An die Nachgeborenen’ (Aan wie na ons komen).

Ja, aan hen moeten we het vragen. Aan wie na ons komen. Want alleen zij weten.

Zullen we bang zijn? Dikwijls? Jaarlijks? Om de tien jaar?
Zullen we iets uit deze crisis hebben geleerd?
Zullen we in staat zijn te onthaasten? De ratrace van de wereld af te remmen en onze eigen wil om alles te kennen of mee te maken een halt toe te roepen?

Ik zit met zoveel vragen…
Zullen onze kinderen altijd een mondkapje in hun zak hebben?
Zullen onze kleinkinderen hun leerprocessen voorgoed los zien van hun aanwezigheid in een klas?
Zullen we een medisch attest nodig hebben voor we naar het theater mogen?

Ik vraag het aan wie na ons komen:
Zal de wereld van morgen uiteindelijk als twee druppels water lijken op die van gisteren?
Moeten we wennen aan een leven vol voorzorgsmaatregelen, ons opgelegd door Gezondheidsstaten die zeggen hoe we onze handen moeten wassen en hoeveel groenten we per dag moeten eten?
Hebben we voorgoed het tijdperk van het e-kapitalisme betreden? En zo ja, gaan we dan nog lang doen alsof er geen e-proletariaat bestaat?
Staan we op de drempel van een grote ecologische woede?
Gaan we een jaarlijkse braaklegging van de wereldproductie uitvinden, een soort planetaire sabbat zodat de aarde, de zeeën, de diersoorten en de plantenwereld even kunnen uitblazen?

Ik zou wie na ons komen ook het volgende willen vragen: zijn wij de generatie van de dystopie of die van de heropleving?

En ik heb nog vragen, nog tientallen vragen…
Zullen jullie die na ons komen nog weten hoe een zomers terras vol mensen eruitziet?
Zullen jullie alles online bestellen: de boodschappen die jullie moeten doen, de gerechten die jullie willen eten, de films en boeken die op jullie verlanglijstje staan?
Hoe zullen jullie feesten eruitzien, en jullie eenzaamheid?

Tijdens de voorbije, lange weken van opsluiting werden onze dagen en nachten overspoeld met vragen. We kunnen ze vergeten en opnieuw de draad van ons leven oppikken, maar dat zou treurig zijn. Want ze bevatten ook een stukje utopie en misschien zelfs de kiemen van een mogelijk evenwichtigere wereld. Vandaag zetten we onze deuren en ramen weer open, vinden we onze straten terug en allen die we hebben gemist, maar hetgeen we al die weken hebben gedragen, is nog niet ter wereld gekomen. Wat zal uit de grote lockdown geboren worden? Niets? Een nog krankzinnigere, haastigere, gulzigere wereld? Of een mooie rebellie?

Laurent Gaudé, mei 2020
Vertaling: Katelijne De Vuyst

Beluister hier de podcast 'La littérature face à la pandémie: Laurent Gaudé, Caroline Lamarche, Alaa El-Aswany et Marielle Macé'.

Laurent Gaudé
02.06.2020