Geen dode letter. Lezen in het archief van Jef Geeraerts, Eriek Verpale en Paul van Ostaijen

Steven Van Ammel & Lies Galle
26.02.2019
Geeraerts Ans Brys 2016 D9 O3847

Na een gesmaakte eerste samenwerking met het Antwerpse Letterenhuis voor de tentoonstelling Elsschot in Brussel in 2018, stellen we op het Passa Porta Festival een nieuwe samenwerking voor. In het programma ‘Geen dode letter’ presenteren drie hedendaagse auteurs onbekend werk van drie illustere voorgangers aan de hand van archiefstukken die zelden te zien zijn. Schrijver en criticus Matthijs de Ridder, die voor zijn onderzoek al ettelijke uren doorbracht in de archieven van het Letterenhuis, is de geknipte presentator. Een vraag die hij onze drie bevoorrechte lezers Andy Fierens, Geert Buelens en Pascal Verbeken zal voorleggen: is het werk het afstoffen waard?

Jef Geeraerts in space

‘Bij mij gaan leven en schrijven in elkaar op. Het ene kan niet losstaan van het andere. Onmogelijk. Ik schrijf alleen over zaken die ik heb beleefd, of die ik heel grondig heb bestudeerd’. (Jef Geeraerts in gesprek met Margot Vanderstraeten, in Schrijvers gaan niet dood, Atlas, 2008).

Jef Geeraerts (1935-2015) nam zijn research ernstig. Hij reisde naar New York om er lijkschouwingen bij te wonen en naar Alaska om er grizzlyberen te bestuderen. In de vijftig archiefdozen die de erven Geeraerts bij het Letterenhuis hebben ondergebracht, bevindt zich, naast prille, geweigerde manuscripten en een filmscenario van een anti-oorlogsfilm, ook de aanzet voor een heuse sciencefictionroman. Of het materiaal publiceerbaar is en deze onbekende roman van Vlaanderens eerste thrillerauteur ook hardcore scififans zou kunnen aanspreken, vragen we aan Andy Fierens. Naast veelgevraagd podiumdichter is Andy Fierens ook co-auteur van de ‘anarchosciencefictionhorrorsatire’ Astronaut van Oranje, een van de weinige hedendaagse Nederlandstalige sciencefictionromans. ‘Noem me zeker geen Jef Geeraertskenner,’ aarzelt Fierens, ‘maar over scifi weet ik toch een en ander te vertellen’. Hij duikt met plezier de archiefdozen in en brengt op het Passa Porta Festival verslag uit van zijn leeservaring.

Paul van Ostaijen, 100 jaar oud nieuw werk

De ontdekking van een onbekende toneeltekst van Paul van Ostaijen (1896-1928) door antiquaar Kris Landuyt kon in december 2016 op veel persaandacht rekenen. Gezien de aard van de tekst en de status van de auteur als een van de grootste Belgische dichters, kon die aandacht natuurlijk niet verbazen.

Het ongedateerde en titelloze toneelstuk, dat bestaat uit vier bedrijven, speelt met de conventies van de nog jonge filmkunst en vertoont een aantal kenmerken die terugkeren in Van Ostaijens teksten uit de Berlijnse periode, zoals de grillige humor van zijn expressionistische grotesken. Centraal in het stuk staat een echtpaar: hij een drukbezette bankier, zij een verveelde vrouw die het aanlegt met een dichter. Wanneer het noodlot toeslaat en de bankier het familiefortuin verspeelt in een casino, ervaart hij dat niet als een ramp maar als een zegen. De last van het geld weegt niet langer op zijn gemoed en plots ziet hij ook zijn vrouw weer staan. Voeg daar een ontregelend en alziend koor aan toe en je hebt iets behoorlijks uniek in handen. Het waardevolle manuscript is inmiddels in het bezit van het Letterenhuis, waar het wordt bestudeerd door o.a. Matthijs de Ridder, die een biografie van Van Ostaijen voorbereidt. ‘Van Ostaijens toneelstuk stelt ons voor veel vragen. Vragen die wellicht nooit helemaal beantwoord kunnen worden, maar die wel duidelijk maken dat we nog veel te weten kunnen komen over de manier waarop hij zich onderdompelde in de wereld van moderne ideeën en ongeziene literaire technieken.’ (Matthijs de Ridder, ‘Het gordijn der herinnering. Overpeinzingen bij een onbekend toneelfragment van Paul van Ostaijen’, in Zuurvrij, nr. 35, december 2018)

Een uiterst geschikte persoon om Van Ostaijens toneelstuk voor te stellen op het Passa Porta Festival en er ons alles — of toch zoveel mogelijk — over te vertellen vonden we in dichter en essayist Geert Buelens, bekend van onder meer zijn baanbrekende studie Van Ostaijen tot heden.

Eriek Verpale, poste restante

‘Net voor ik op het punt stond ook déze correspondentie doodgewoon dan maar in uitgesteld relais aan de kachel toe te vertrouwen, was daar het bezoek van [uitgever] Martin Ros, die me, geestdriftig kreunend en overtuigend zuchtend, heeft kunnen overhalen om zoiets stoms voor één keer niet te doen: “Jij hebt in het verleden al genoeg dingen vernietigd, en branden in de hel, doen we toch.”’ Zoals mag blijken uit dit citaat uit het voorwoord van De patatten zijn geschild. Nagelbrieven, kan men dichter, brievenschrijver en romancier Eriek Verpale (1952-2015) bezwaarlijk een zorgvuldig archivaris noemen. Teksten van zijn hand gingen soms letterlijk in rook op. Schrijver en journalist Pascal Verbeken interviewde Verpale voor het eerst in 1990 bij het verschijnen van diens boek Alles in het klein en hield vervolgens jarenlang met hem contact. Alles in het klein werd bekroond met diverse literaire prijzen en is o.a. gebaseerd op de briefwisseling van Eriek Verpale met schrijversvriend Luuk Gruwez. Brieven en dagboekaantekeningen mondden uit in een een gefictionaliseerde autobiografische roman over Verpales jeugd, liefdes en muzen.

‘Ik hoop vurig op een Privédomeindeel met Erieks beste brieven, een postume meesterproef die zelfs Alles in het klein in de schaduw dreigt te stellen’, zo tekende Pascal Verbeken in 2016 nog op. Dat plan is niet alleen oud (Luuk Gruwez en Erik Verpale kwamen in het laatste decennium van het vorige millennium al met uitgeverij de Arbeiderspers overeen hun brieven uit te geven) maar ook (nog steeds) concreet. In 2020 zal het dan eindelijk gebeuren.

Op basis van de brieven van Eriek Verpale aan Luuk Gruwez uit het archief in het Letterenhuis wordt een nieuw boek samengesteld. Maar zo lang hoeft u niet te wachten. Op het Passa Porta Festival leest Pascal Verbeken een selectie uit de mooiste onbekende brieven, doorspekt met passages uit Verpales dagboek.

Foto’s: Letterenhuis, Antwerpen
Steven Van Ammel & Lies Galle
26.02.2019