Bericht aan de bevolking (3) Omzwerving

Louis-Philippe Dalembert
07.04.2020
Auteurstekst
Isaiah Bekkers Fc7H Osm1 Lh I Unsplash

‘Social distancing’ is wat Corona-experts adviseren, ‘social nearness’ is wat we met onze literaire ontmoetingen beogen. Passa Porta wil het contact met lezers en schrijvers niet verliezen en geeft daarom de komende weken het woord aan een selectie auteurs uit binnen-en buitenland, die we vroegen om een persoonlijk ‘Bericht aan de bevolking’ vanuit hun schrijfkamer.

Hieronder lees je het mooie gedicht dat Louis-Philippe Dalembert ons stuurde, in de vertaling van Katelijne De Vuyst. Dalembert werd geboren in Port-au-Prince (Haïti) en woont nu in Parijs. Toen hij in 2016 onze writer-in-residence was, voltooide hij zijn roman Avant que les ombres s’effacent. Vorig jaar publiceerde hij nog de vluchtelingenroman Mur Méditerranée, waarmee hij de shortlist van de Goncourt des Lycéens haalde.

-

ik dwaal door een leeg parijs
waar geen gelach opklinkt geen drukte heerst
dat afwezig is van onze afwezigheid
de lentezon
schijnt tevergeefs
beroofd van onze kuieringen
de zoenen van geliefden
en hun verbonden handen
langs het canal saint-martin

ik dwaal door een stil parijs
dat onze namen is vergeten
waar geen lach meer schalt
en onze bleke angsten zijn verstomd
de zwarte blote zon
heeft de verschoten geur van de honger
in de ogen van een kind van mijn eiland

halfblind en smerig
van stilte
van verloren branie en bluf
eenmalige snol
versleten door syfilis en artificiële paradijzen
parijs ultiem toevluchtsoord

parijs heeft het holle ritme
van onze wereldwijde twijfels
niets biedt nog zekerheid
de duivel noch de goede god
op de pulp na
van de trage stille
dagen

op het armetierige balkon aan de overkant
vindt een meisje op de drempel van het leven
zwevend in de leegte
haar eerste pasjes uit

geheel vervuld van haar vondst
haar ogen verankerd met morgen
dat onder haar voeten opengaat
pronkt ze met een achteloze glimlach
bij het obligate applaus
van de buren uit het aanpalende gebouw

terwijl de kraaien
met hun schaamteloze gekras
luidkeels de oorverdovende stilte
van de stad verscheuren

net als de pasjes van het wicht
aarzelt de nacht in deze jonge lente

ik dool in mijn kamer rond
vastgeklonken
aan het niets

Louis-Philippe Dalembert, 3 april 2020
Vertaald uit het Frans door Katelijne De Vuyst

Louis-Philippe Dalembert
07.04.2020